94 Tot begin jaren dertig bleef het onduidelijk wie zich wanneer en op welke gronden specialist mochten noemen en dit probleem betrof niet alleen de röntgenologie. De Nederlandse Maatschappij tot bevordering der Geneeskunst (NMG) besloot daarom in 1931 de bevoegdheid van specialisten te formaliseren. Wie zich specialist wilde noemen moest minstens drie jaar een opleiding volgen en zich laten registreren. Om onrust te voorkomen werd iedereen die al als zodanig werkzaam was ook geregistreerd. En dus werden allerlei chirurgen, internisten en dermatologen ook ingeschreven als röntgenoloog. Dit bevorderde niet de ontwikkeling van de röntgenologie als zelfstandig specialisme. Daarom verzocht het bestuur van de Vereniging in 1941 de leden G.J. van der Plaats (Maastricht) en J.H. Nauta (Rotterdam) dit probleem te inventariseren en oplossingen aan te dragen. Er bleken toen 52 röntgenologen ingeschreven te staan. Dit waren artsen die de volledige röntgenologie (diagnostiek en therapie) beoefenden. Daarnaast waren er honderden ‘dubbel-specialisten’, dat wil zeggen artsen die, naast Notulen van de oprichtingsvergadering van de Nederlandsche Vereeniging voor Electrologie en Radiologie op 14 april 1901. (Nationaal archief. Den Haag, Nederlandse vereniging voor electrologie en röntgenologie, nummer toegang n.19.042.34 inventarisnr. 1) een klinische praktijk als bijvoorbeeld internist of dermatoloog, ook aan röntgendiagnostiek en/of radiotherapie deden. Deze medici hadden, volgens de rapporteurs, onvoldoende kennis en niet genoeg tijd om aan het ‘vak’ te besteden, waardoor de röntgenologie bij hen meestal op een primitief niveau bleef. Omdat de röntgenstralenwet uit 1931 nooit in werking was getreden en regelgeving over de benodigde bekwaam- en bevoegdheden pas veel later werd ingevoerd, waren er geen wettelijke belemmeringen om röntgenstralen toe te passen, een bezigheid die een aanzienlijke bijverdienste opleverde. De dubbel-specialisten verdedigden dit gebruik dan ook met hand en tand. Volledige röntgenologen kregen daardoor bijna geen voet aan de grond. Om dit tegen te gaan adviseerden Van der Plaats en Nauta om de opleiding tot röntgenoloog beter te formaliseren en te koppelen aan erkende röntgeninstituten. Pas in 1946, na de oorlog, werd de draad hierover weer opgepakt en toen speelde ook al snel de vraag of radiotherapie en röntgendiagnostiek niet twee
Boek Maastro NL binnenwerk.indb
To see the actual publication please follow the link above