Jos van Engelshoven Van Electrotherapie 8 naar Radiotherapie 1901 Nederlandsche Vereeniging voor Electrotherapie en Radiologie. 1906 Nederlandsche Vereeniging voor Electrologie en Röntgenologie. 1959 Nederlandse Vereniging voor Radiologie. 1978 Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie. 1996 Nederlandse Vereniging voor Radiotherapie en Oncologie (NVRO). 92 Het waren wel allemaal artsen die, op een enkele uitzondering na, klinisch werkzaam waren in vakgebieden als chirurgie, neurologie, dermatologie of kindergeneeskunde en electrotherapie en röntgenologie al in hun dagelijkse praktijk toepasten. Echte specialismen zoals vandaag de dag, met daarbij behorende opleidingen en erkenningen, waren er nog niet. Een arts verdiepte zich in een onderdeel van de geneeskunde als hij dat boeiend of nuttig vond en hij mocht zich ook al direct als zodanig afficheren. Zo ook in Limburg. Dokter Overbosch in Maastricht noemde zich al snel na het behalen van zijn artsexamen ‘arts voor interne ziekten’ en ‘röntgenoloog’ en dokter Levy bleek in Apeldoorn ‘arts voor ziekten van de huid en urinewegen’ te zijn en twee jaar later in Maastricht ‘dermatoloog en röntgenoloog’ . Dat opleidingen niet geregeld en titels niet beschermd waren, zou zo blijven tot in de jaren dertig van de vorige eeuw. Woorden als röntgenologie en radiologie, röntgenoloog en radioloog maar ook röntgentherapie en radiotherapie werden min of meer door elkaar gebruikt. Tot in de tweede helft van de vorige eeuw bleef dat zo. Electrotherapie werd in die tijd door veel artsen toegepast, maar was altijd met een zweem van vaagheid omgeven. Professor Wertheim Salomonson, de eerste Nederlandse hoogleraar in de röntgenologie en zelf een actief beoefenaar van de electrotherapie, schreef al in 1893 dat zonder enige twijfel een deel van de gunstige resultaten op suggestie berustte, maar dat elektriciteit toch zeker ook een geneesmiddel was. Daar werd dan ook veel gebruik van gemaakt, want indicaties waren er legio en men had weinig anders te bieden. In de Vereniging werd er daarom vaak over gesproken. Enkele jaren later stond ook de röntgentherapie als nieuwe behandelmethode af en toe op de agenda. Die besprekingen waren vooral casuïstisch van aard en gaven altijd aanleiding tot veel discussie. De openheid waarmee over complicaties en bijwerkingen gesproken werd, is, zeker anno 2014, opvallend. Dit gebeurde uiteraard in het besef dat er vaak geen andere therapeutische mogelijkheden waren. Bestralen werd beschouwd als laatste redmiddel. Ervaringen met het bestralen van huid-, borst- en baarmoederkanker werden zo uitgewisseld en er werd veel van elkaar geleerd. Pagina 90: Notulen van de oprichtingsvergadering van de Nederlandsche Vereeniging voor Electrologie en Radiologie op 14 april 1901. (Nationaal archief. Den Haag, Nederlandse vereniging voor electrologie en röntgenologie, nummer toegang n.19.042.34 inventarisnr. 1)
Boek Maastro NL binnenwerk.indb
To see the actual publication please follow the link above