18 Nederlandse vertaling van Loves: Een knoestgezwel (klier) word kwaadaardig wanneer door langheid van tyd de naastgelegene vaten aan de kanten van het knoestgezwel beginnen ontstooken te werden, en nu genoemd de kreeft van gelykenis deszelfs, of een kreeftgezwel, de kanker. In dezelfde tijd werd in de literatuur ook besmetting steeds meer als oorzaak van kanker genoemd. Professor Nicolaas Tulp (1593 -1674), de anatoom van de anatomische les van Rembrandt, had al in zijn tiende vermaning geschreven: Een verzworen kreeftgezwel is besmettelijk. De theorie van ontsteking en besmettelijkheid hield stand en kwam in de negentiende en twintigste eeuw in steeds andere vormen terug. Het meest spraakmakend was de ontdekking van de Spiroptera Neoplastica, een worm, die volgens de Deense onderzoeker Johannes Fibiger (1867 -1928) de oorzaak was van maagkanker. Fibiger kreeg voor die bevinding zelfs de Nobelprijs. Later bleek de rol van de kankerworm, ondanks deze onderscheiding, van minder betekenis dan Fibiger dacht. Bij het herhalen van de experimenten bleek de Spiroptera niet de directe oorzaak van kanker, maar wel oorzaak van chronische irritatie van de maagwand, waardoor de kwetsbaarheid voor de ontwikkeling van kanker toenam. Dit principe van chronische irritatie zou later in de literatuur terugkomen. Omnis cellula e cellula Volgende stappen in de speurtochtonthulling van de oorzaak van kanker waren pas mogelijk na de ontdekkingen van de Cellularpathologie door de Berlijnse pathologen Johannes Müller (1801 -1858) en Rudolf Virchow (1821 -1902). Door microscopisch onderzoek werd duidelijk dat alle organen uit cellen waren opgebouwd, en dat nieuwe cellen, ook kankercellen, alleen voortkwamen uit andere cellen, ofwel: omnis cellula e cellula. Het onderzoek naar de oorzaak van kanker richtte zich vanaf die tijd op de processen en veranderingen in de cellen van tumoren. Van groot belang was de waarneming dat normale cellen na langdurige blootstelling aan chemische stoffen en straling konden veranderen in kankercellen. In 1775 beschreef de chirurg Percival Pott (1713 -1788) al de beroepsziekte van huidkanker aan de balzak (scrotum) bij schoorsteenvegers. Latere experimenten wezen uit dat polycyclische koolwaterstofverbindingen in roet en teer kankerverwekkend waren. Tijdens de industrialisatie in de Herman Boerhaave (1688-1738) beschreef kanker als het eindresultaat van een chronische ontsteking als ‘knoestgezwel’. Kortbondige spreuken wegens de ziektens. Leiden;1741.
Boek Maastro NL binnenwerk.indb
To see the actual publication please follow the link above