Page 34

Gezond Idee juni 2014

Orgaandonatie Geven doet leven In Nederland wachten zo’n 1.300 mensen op een nieuw orgaan. Een nier bijvoorbeeld, of een hart of een lever. Voor een deel zullen deze mensen overlijden. Simpelweg omdat er niet op tijd organen voor hen beschikbaar komen. Hoewel veel Nederlanders zich ondertussen hebben laten registreren als donor, blijft het tekort aan donororganen nijpend. Hoe groot is het probleem eigenlijk? En waarom vinden mensen het toch zo’n moeilijk onderwerp? Een halve eeuw geleden, in 1954 34 gezond idee om precies te zijn, kreeg iemand voor het eerst een nieuwe donornier. In 1964 volgde de eerste succesvolle longtransplantatie, in 1967 werd voor het eerst een hart getransplanteerd. Transplantatie, het vervangen van een niet of slecht functionerend orgaan, is vandaag de dag een bijna gewone behandeling geworden voor talrijke aandoeningen die anders een fatale afloop zouden krijgen. Een zware ingreep is het nog steeds, maar betere operatietechnieken en de komst van bijvoorbeeld verbeterde medicatie tegen afstoting hebben er voor gezorgd dat steeds meer mensen geholpen worden met een transplantatie. Maar er is een keerzijde aan de medaille: het aanbod van organen en weefsel kan de groeiende vraag niet volgen, zodat er lange wachtlijsten zijn. In zekere zin is orgaantransplantatie dus slachtoffer van het eigen succes. Per jaar worden nu in ons land van ruim 200 donoren na overlijden zo’n 800 organen getransplanteerd (cijfers 2013 Eurotransplant). En dat is veel te weinig – permanent wachten ruim 1.300 zieke mensen op een transplantatie. Gemiddeld overlijdt ongeveer 10 procent van deze mensen – dat zijn bijna 150 mensen per jaar – omdat ze niet tijdig een donororgaan krijgen. Angsten en misvattingen De afgelopen jaren heeft de donorproblematiek veel aandacht gekregen, onder meer met campagnes om mensen over te halen zich te laten registreren


Gezond Idee juni 2014
To see the actual publication please follow the link above